De uitrol van laadinfrastructuur in de Franse regio's

Vooralsnog lijkt de ontwikkeling van de laadinfrastructuur in de Franse regio’s en departementen op een grote wirwar van partijen en systemen, maar toch is er sinds tien jaar een goede dynamiek ontstaan. 
Het is alom bekend dat Frankrijk honderden kaassoorten heeft, 36.000 gemeentes telt en houdt van vele administratieve lagen. In dit rijtje is er een nieuwkomer bij, namelijk de veelheid aan abonnementen die nodig zijn om gebruik te maken van de zo’n 45.000 publieke laadpunten voor elektrische voertuigen.
Sinds 2012 is de regionale uitrol van de laadinfrastructuur ingezet, via een grote hoeveelheid aan gemeentes, departementen, agglomeraties en regio’s. De veelheid aan data en soms het gebrek eraan wekken de indruk dat de Franse overheid met één van de grootste uitdagingen allertijden bezig is, maar dit niet alleen in willekeurige volgorde doet, maar ook zonder enige samenhang. De cijfers laten het zien; even was er hoop dat de ambitieuze doelstelling van 100.000 laadpunten in 2021 gehaald kon worden, maar dat gaat Frankrijk niet lukken. Men verwacht deze mijlpaal ‘in de loop van 2022’ te halen.
Echter een enquête door het economisch dagblad La Tribune biedt ruimte voor optimisme.
 

Regeldruk, verhoogde vraag, regionale uitdagingen, business model

De uitrol van laadinfrastructuur in Frankrijk moet nu echt versnellen. Er is haast bij want er komen steeds meer wetten en regelgevingen op een moment dat de vraag naar elektrische voertuigen versnelt. In het kader van het ‘Grand Paris’–project bijvoorbeeld mogen vanaf 2024 de meeste auto’s op benzine en alle dieselauto’s Parijs en de kleine ring daaromheen niet meer in.
De agglomeratie ‘Grand Lyon’ gaat al vanaf 2022 zware restricties aan dieselmotoren opleggen. De samenwerking tussen de centrale overheid en de lokale overheden die zo vaak bekritiseerd wordt, heeft er echter voor gezorgd dat burgers bewuster worden van de milieu-uitdagingen. Zo is er een contract getekend tussen de staat en 14 grote agglomeraties om de luchtvervuiling tegen te gaan.
Op Europees niveau speelt de beslissing mee van de Europese Commissie om vanaf 2035 de verkoop van thermische voertuigen te verbieden. Dit zorgt voor grote veranderingen bij de Franse automotive OEM’s, maar ook bij de gebruikers op de weg.

Regionale verschillen
Al in 2010 had de gemeente Straatsburg zijn straten en 110 laadpalen aan een consortium toevertrouwd bestaande uit Toyota, EDF en de Duitse EnBW om te experimenteren met een wagenpark met hybride Priussen. De regio Hauts-de-France heeft sinds 2012 een regionaal plan voor de ontwikkeling van elektrische mobiliteit, gesteund door ‘Rev3’ van de lokale Kamer van Koophandel en van de zeer invloedrijke Jeremy Rifkin.
De eerste uitrolfase in Frankrijk is dus gedaan via testen en experimenteren, soms door een departement alleen, zonder zicht op de vraag vanuit de burgers. Het resultaat is dan ook vele gaten in de kaas en een risico op grote verschillen die ontstaan zijn door het de fusie van de 22 oude regio’s in 13 nieuwe regio’s zoals het rijke Rhône-Alpes met het veel armere Auvergne. Ook het verschil tussen stad en platteland is soms goed te zien zoals in de Bourgogne-Franche-Comté, belangrijkste rurale regio van Frankrijk waar de EV-strategie zich teveel op de stadscentra heeft gericht. Maar nu het gebruik van elektrische voertuigen werkelijkheid en zichtbaar wordt, gaan de zaken steeds sneller en zal het succes van het Franse laadnetwerk afhangen van de capaciteit van de verschillende spelers om samen te werken.

Synergie en regionale uitdagingen 
De regio’s Bretagne, Auvergne-Rhône-Alpes, de Nouvelle-Aquitaine en ook Occitanie hebben een voorbeeldfunctie dankzij hun goede laadnetwerk en samenwerking met de verschillende Syndicats Départementaux d'Energie (SDE). Deze SDE’s spelen sinds de belangrijke LOM-wet (Loi d’orientation des Mobilités uit december 2019, de mobiliteitswet met als doel: makkelijker, goedkoper en schoner transport) een hoofdrol in de uitrol van de laadinfrastructuur in Frankrijk. 
In deze regio’s zie je allianties tussen de SDE’s en andere netwerken. Het resultaat is dat er een harmonisatie van prijzen en abonnementen ontstaat, dankzij de deelname van een hoofdoperator. Dit zou andere regio’s moeten inspireren waar nog steeds een ieder-voor-zich mentaliteit heerst.
Maar iedere regio heeft zijn specifieke problemen en uitdagingen zoals de toeristische kustregio’s of de wintersportregio’s waar een deel van het jaar het netwerk onder een seizoensgebonden druk staat. Slechtste leerling van de klas: Corsica, waar de energieproductie de zwakke schakel is waardoor het eiland iedere zomer een black-out nabij is. Dit fenomeen kan nog verergeren door een verhoging van de vraag.

Welk businessmodel?
In deze wirwar is er zeker plaats voor bedrijven om het net te versterken en uit te breiden. Op Corsica, waar de regio geen enkele financiering biedt voor laadinfrastructuur heeft de operator Driveco bijvoorbeeld 80% van de laadpalen in handen. Een ander teken des tijds, dat zie je in Parijs en Lyon, is dat de leeggevallen plekken door het mislukte AutoLib-project van Bolloré nu aan private spelers worden toegekend. Zo gaat Izivia, filiaal van EDF, 641 laadpalen in de agglomeratie rond Lyon plaatsen, en gaat TotalEnergies, die als sponsor voor de Olympische Spelen van Parijs in 2024 werd geweigerd door zijn gebrek aan inzet voor het milieu, de Autolib-plekken van Parijs met laadpalen uitrusten en exploiteren.
De onbekende factor is vooralsnog het businessmodel van de laadinfrastructuur. De investeringen mogen dan massaal door de staat en de lagere overheden worden gedragen, in de toekomst moet het net worden geëxploiteerd en onderhouden, en ook dat moet gefinancierd worden. Het Bretons netwerk heeft sinds 2014 een investering van 6 à 7 miljoen euro gevergd, maar blijft verlieslijdend. Straatsburg biedt een begin van een businessmodel waar de lokale overheid een jaarlijkse vergoeding van 22.000 euro per laadpaalplek ontvangt en 15% van de winst van de operator.
De Vendée overweegt een businessmodel dat de circulaire economie integreert, en mikt op het eerste multi-energiestation waar de consument kan kiezen tussen biogas uit lokaal geproduceerd methaan, elektrisch of waterstof.

De 13 Franse regio’s in detail

1. Auvergne-Rhône-Alpes: het risico op regionaal verschil
Dankzij een goede integratie van private spelers en door de SDE’s uitgevoerde experimenten, had de tweede regio van Frankrijk goed geanticipeerd op de behoeftes en is de regio nu één van de best uitgeruste regio’s met elektrische laadpalen. Maar achter deze ogenschijnlijke goede situatie gaat een groot gat schuil tussen de ex-regio’s Auvergne en Rhône-Alpes die gefuseerd zijn maar een groot verschil in rijpheid vertonen. 
2.  Bourgogne-Franche-Comté, de uitdaging van het platteland
De regio Bourgogne-Franche-Comté is bijzonder ruraal, maar de lokale overheden hadden de ontwikkelingsstrategie vooral gericht op de steden. Voor wat betreft de ontwikkeling van de laadinfrastructuur moeten de lagere overheden dus goed kijken naar het gebruik, de behoeften en het woon- en werkverkeer. Een flinke uitdaging.
3. Bretagne, het beste jongetje van de klas 
Met 1.909 laadpunten en een uitrolmodel dat gebaseerd is op de alliantie tussen verschillende SDE’s en de komst van een netwerk met een unieke badge en tarificatie, zou Bretagne haast model kunnen staan voor de rest van Frankrijk. De volgende stap zou zijn de snellaadpunten op grote doorgaande wegen. Waarbij een extra uitdaging is het feit dat er geen tolwegen zijn.
4. Centre Val de Loire gaat zich aanpassen 
De regio Centre Val de Loire is een van de best uitgeruste regio’s in aantal laadpunten per inwoner en de tweede in het aantal 100% elektrische voertuigen per laadpunt.
Hierdoor kan de regio nu zijn laadpuntenkaart aanpassen aan de plekken waar de laadpunten nog ontbreken. Zo wordt bijvoorbeeld verwacht dat ongeveer 30% van de voertuigen die in 2025 tussen Tours en Orleans verkocht worden, met steeds krachtigere elektrische motoren zullen rijden.
5. Corsica: het risico op een black-out remt de ontwikkeling van laadpalen 
Corsica, de slechtste leerling van de klas waar het gaat om aantal laadpalen, ziet zich geconfronteerd met zijn beperkte stroomproductiecapaciteit en zijn weinig CO2-arme stroom. Het elektrisch voertuig is een nieuwe stroomconsument, en er ontstaat nu dus een nieuwe vraag die druk gaat zetten op de situatie. Aangezien er geen regionale, publieke financiering is, ontstaan er steeds meer en diverse private initiatieven terwijl het aantal elektrische voertuigen exponentieel toeneemt.
6. Grand Est zoekt naar de juiste elektrificatie
Door het ambitieuze energiebeleid van de regio Grand Est voor wat betreft reductie van de CO2-emissie, richt de regio de installatie van zijn laadpunten op de rurale gebieden. Straatsburg biedt ook steun aan huishoudens voor de aanschaf van schonere transportmiddelen. Met als doel de thermische en vervuilende motoren uit de regio te krijgen.
7. Hauts-de-France: een laadnetwerk gebaseerd op een degelijke regionale strategie 
De regio Hauts-de-France heeft al in 2012 een strategie ingezet en met de hele sector samengewerkt aan het laadnetwerk. Het resultaat is een redelijk evenwichtig net. Maar de verhoging van de vraag naar niet-thermische auto’s gaat toch een versnelling eisen van de uitbreiding van het netwerk. In 2035 wil de regio 151.500 publieke laadpalen hebben staan, tegen 4.321 in 2021.
8. Île-de-France : de beste laadinfrastructuur van Frankrijk 
De metropool Grand Paris heeft aangekondigd dat in 2024 (Olympische Spelen in Parijs) de meeste benzine-auto’s en alle diesels niet meer welkom zijn in Parijs en de ring daaromheen. Een en ander kan zelfs sneller gaan dankzij de terugkeer van TotalEnergies, aanvankelijk verbannen wegens zijn gebrek aan inzet voor de planeet, die het ex-netwerk van Autolib in Parijs heeft overgenomen.
9. Normandië: laadinfrastructuur moet beantwoorden aan de behoeften van toeristen
In het weekend en in de vakantieperioden wordt Normandië overvallen door de toestroom van mensen met een tweede huis of vakantiegangers. Ondanks het goede laadnetwerk, heeft de regio moeite aan de behoefte te voldoen. De situatie is gespannen in de kuststreken tijdens drukke perioden.
10. Nouvelle-Aquitaine : een krachtig publiek laadnetwerk 
Met al meer dan 5.000 abonnees van het regionale netwerk Mobive, lijkt de Nouvelle-Aquitaine een van de meest geavanceerde netwerken van het land. Maar de uitrol van de netwerken door de grote agglomeraties afzonderlijk brengt de vraag met betrekking tot de interoperabiliteit naar boven, een essentieel aspect voor de steeds talrijkere gebruikers.
11. Occitanie: explosie aan de vraagkant 
In de regio Occitanie rust de uitrol van de elektrische laadinfrastructuur op de oprichting van een netwerk van 10 SDE’s. Nu ontbreken alleen nog de departementen Haute-Garonne, Gers en Tarn-et-Garonne om het plaatje compleet te krijgen. 
12. Pays de la Loire: op zoek naar het juiste businessmodel
Dankzij het syndicat d'énergie (SDE) Sydev uit de Vendée dat zeven jaar geleden het elektrische laadnetwerk heeft opgezet, beschikt de regio nu over een netwerk van 1.600 publieke en private laadpalen. Het net is inmiddels goed gestructureerd. Nu moet de regio nog het juiste businessmodel vinden.
13. Provence-Alpes-Côte d'Azur: een netwerk voor de aantrekkelijkheid van de regio 
Dankzij het actieve beleid waarbij particulieren worden aangezet tot de aanschaf van een elektrisch voertuig, is de regio Provence-Alpes-Côte d’Azur nummer drie op het podium van de regio’s met de meeste elektrische voertuigen. De regio heeft een innovatieve visie op het laadnetwerk. Zo sloot het een overeenkomst met de buurregio Auvergne-Rhône-Alpes voor een transregionaal netwerk, Eborn genaamd.

Bron:
LA Tribune, 16 september 2021